G

g
1234
g

G

[dʒi:]
galaconcert
1235
galaconcert

gala

[‘geılə]

concert

galante stijl
1236
galante stijl

galant style

[‘gælənt ‘staıl]
galm
1237
galm

reverberation

[rıvɜ:rbə’reıʃn]

,

<inf.>

reverb

[‘ri:vɜ:rb]
gamba
1238
gamba

gamba

[‘gæmbə]
gangpad
1239
gangpad

aisle

[‘aıl]
gastcollege
1240
gastcollege

guest lecture

gastdirigent
1241
gastdirigent

guest/visiting conductor

gastdocent
1242
gastdocent

guest/visiting teacher/lecturer

gasteren
1243
gasteren

to be

<was/were, been>

a guest, to guest

gastoptreden
1244
gastoptreden

guest/invitation

[ınvı’teıʃn]

concert

gealtereerd
1245
gealtereerd

altered

[‘ɔ:ltərd]
gealtereerd akkoord
1246
gealtereerd akkoord

altered

[‘ɔ:ltərd]

chord

geaspireerde medeklinker
1247
geaspireerde

medeklinker

aspirated consonant

[‘æspəreıṱəd ‘kɑ:nsənənt]
gebaar
1248
gebaar

gesture

[‘dʒestʃər]
gebit
1249
gebit

(set of) teeth

gebonden
1250
gebonden

slurred

gebonden klavichord
1251
gebonden klavichord

fretted clavichord

[‘klævıkɔ:rd]
gebonden tetrachord
1252
gebonden tetrachord

conjunct tetrachord

[kɑ:n’dʒʌŋkt ‘tetrəkɔ:rd]
gebrauchsmusik
1253
gebrauchsmusik

functional/utility music

gebroken akkoord
1254
gebroken akkoord

broken/arpeggiated

[ɑ:r’pedʒieıṱəd]

/arpeggioed

[ɑ:r’pedʒioʊd]

chord, arpeggio

gebruiksmuziek
1255
gebruiksmuziek

functional/utility music

geconcentreerd
1256
geconcentreerd
1
<bn., aandachtig>

concentrated

2
<bw.>

with concentration

gedekte pijp
1257
gedekte pijp

stopped pipe

gedempt
1258
gedempt
<v.e. instrument>

muted

gedempte trillingen
1259
gedempte trillingen

dampened vibrations

[vaı’breıʃnz]
gedicht
1260
gedicht

poem

[‘poʊəm]
gedigitaliseerde opname
1261
gedigitaliseerde opname

digitalized

[‘dıdʒıṱlaızd]

recording

gediplomeerd musicus
1262
gediplomeerd musicus

qualified musician

gedisponeerd zijn
1263
gedisponeerd zijn
<in vorm zijn>

to be

<was/were, been>

in good form

geënharmoniseerd
1264
geënharmoniseerd
<bn.>

enharmonically-changed

[enhɑ:r’mɑ:nıkli tʃeındʒd]
geestelijke muziek
1265
geestelijke muziek

sacred

[‘seıkrıd]

music

gefigureerd koraal
1266
gefigureerd koraal

figured choral

[‘fıgjərd kə’ræl]
gehemelte
1267
gehemelte

palate

[‘pælət]
gehoor
1268
gehoor
1
<het horen>

(sense

[sens]

) of hearing

2
<de toehoorders>

audience

gehoorbeentjes
1269
gehoorbeentjes

(auditory) ossicles

[‘ɔ:dətɔ:ri ‘ɑ:sıklz]
gehoorbeschermer
1270
gehoorbeschermer

ear protector

gehoordrempel
1271
gehoordrempel

threshold

[‘θreʃhoʊld]

of hearing/audibility

gehoorgang
1272
gehoorgang

acoustic/auditory

[‘ɔ:dətɔ:ri]

duct/canal

[kə’næl]
gehoorgestoord
1273
gehoorgestoord

hearing-impaired

gehooroefening
1274
gehooroefening

ear training, aural practice

gehoororgaan
1275
gehoororgaan

ear, auditory

[‘ɔ:dətɔ:ri]

organ

gehoorschade
1276
gehoorschade

hearing/ear damage

gehoorscherpte
1277
gehoorscherpte

acuteness/acuity

[ə’kju:əṱi]

/keenness of hearing, auditory

[‘ɔ:dətɔ:ri]

acuteness/acuity

gehoortest
1278
gehoortest

ear/aural test

gehoortraining
1279
gehoortraining

ear training, aural practice

gehoorverlies
1280
gehoorverlies

hearing/aural loss

gehoorvorming
1281
gehoorvorming

ear training, aural practice

gehoorzaal
1282
gehoorzaal

auditorium

[ɔ:də’tɔ:riəm]
<mv. -s/auditoria>

, auditory

[‘ɔ:dətɔ:ri]
gehoorzenuw
1283
gehoorzenuw

acoustic/auditory

[‘ɔ:dətɔ:ri]

nerve

gehorig
1284
gehorig

noisy, thin-walled

geïmproviseerde muziek
1285
geïmproviseerde muziek

improvised

[‘ımprəvaızd]

music

gekoppelde manualen
1286
gekoppelde manualen

coupled manuals

gelakt
1287
gelakt
1
<v.e. blaasinstrument/piano>

lacquered

[‘lækərd]
2
<v.e. strijkinstrument>

varnished

[‘vɑ:rnıʃt]
geleend akkoord
1288
geleend akkoord

borrowed

[‘bɔroʊd]

chord

gelegenheidswerk
1289
gelegenheidswerk

occasional work/piece

gelijk
1290
gelijk
<bw., in samenspel>

together

gelijke beweging
1291
gelijke beweging
1
<met onveranderlijk interval>

parallel

[‘pærəlel]

motion/movement

2
<met veranderlijk interval>

similar

[‘sımlər]

motion/movement

gelijke noten
1292
gelijke noten
<even lange noten>

even notes, notes of even length

gelijke stemmen
1293
gelijke stemmen

equal

[‘i:kwəl]

voices

gelijkklank
1294
gelijkklank

unison

[‘ju:nısn]
gelijknamige toonladders
1295
gelijknamige toonladders

parallel

[‘pærəlel]

scales

gelijknamige toonsoorten
1296
gelijknamige toonsoorten

parallel

[‘pærəlel]

keys

gelijknamig majeur
1297
gelijknamig majeur

parallel

[‘pærəlel]

/

<BE>

tonic

[‘tɒnık]

major

gelijknamig mineur
1298
gelijknamig mineur

parallel

[‘pærəlel]

/

<BE>

tonic

[‘tɒnık]

minor

gelijktijdig klinken
1299
gelijktijdig klinken

to sound simultaneously

[saıml’teıniəsli]
gelijkzwevende stemming/temperatuur
1300
gelijkzwevende stemming

/

temperatuur

equal temperament

[‘i:kwəl ‘temprəmənt]
geluid
1301
geluid

sound

geluiddicht
1302
geluiddicht

soundproof

geluidloos
1303
geluidloos

silent

geluidsbelasting
1304
geluidsbelasting
<geluidsdruk>

sound pressure

geluidsbron
1305
geluidsbron

sound/acoustical source

geluidsband
geluidsband

audio

[ɔ:dioʊ’]

tape

geluidsdrager
1306
geluidsdrager

sound carrier

geluidsdruk
1307
geluidsdruk

sound pressure

geluidsfilm
1308
geluidsfilm

sound film/movie, sound motion picture

geluidsgolf
1309
geluidsgolf

sound wave

geluidshinder
1310
geluidshinder

noise nuisance

[noız ‘nu:sns]
geluidsinstallatie
1311
geluidsinstallatie
1
<alg.>

sound (reproducing

[ri:prə’du:sıŋ]

) equipment

2
<stereo-installatie>

stereo

[‘sterioʊ]

(set)

3
<omroepinstallatie>

public address

[ə’dres]

system

geluidsintensiteit
1312
geluidsintensiteit

sound intensity

[ın’tensəṱi]
geluidsisolatie
1313
geluidsisolatie

sound insulation

[ınʃu’leıʃn]
geluidsleer
1314
geluidsleer

acoustics

<met ww. in het ev.>
geluidsniveau
1315
geluidsniveau

sound level

geluidssnelheid
1316
geluidssnelheid

speed of sound, sound speed

geluidssterkte
1317
geluidssterkte

volume

[‘vɑ:ljəm]

, sound intensity

geluidstechnicus
1318
geluidstechnicus

sound engineer

[endʒı’nır]
gemeenschappelijke toon
1319
gemeenschappelijke toon

common tone/

<BE>

note

gemeentezang
1320
gemeentezang

congregational singing

gemengde ligging
1321
gemengde ligging

semi-open

[semi’oʊpən]

structure/spacing/voicing

gemengde maat

(

soort

)
gemengde maat

(

soort

)
<BN>

composite

[kəm’pɑ:zət]

/asymmetric(al)

[eısı’metrıkl]

meter,

<BE>

complex

[‘kɒmpleks]

time

gemengde toonladder
1323
gemengde toonladder
<BN>

mixed scale

gemengd koor
1324
gemengd koor

mixed choir

[‘kwaıər]

/chorus/voices

gemuteerd
1325
gemuteerd

mutated

gene’ral’auftakt
1326
gene

‘

ral

‘

auftakt

<bij Riemann>

prevailing upbeat

gene’ralbass’zeitalter
1327
gene

‘

ralbass

‘

zeitalter

thorough

[‘θɜ:roʊ]

/figured bass period

[‘fıgjərd beıs ‘pıriəd]
generale bas
1328
generale bas

thorough

[‘θɜ:roʊ]

/continuous

[kən’tınjuəs]

/figured

[‘fıgjərd]

bass

[beıs]

, basso continuo

[‘bæsoʊ kən’tınjuoʊ]
generale pauze
1329
generale pauze

general pause/rest

generale (repetitie)
1330
generale

(

repetitie

)
1
<alg.>

final rehearsal

[‘faınl rı’hɜ:rsl]
2
<v.e. opera>

dress rehearsal

generator
1331
generator

generator

[‘dʒenəreıṱər]
geniaal
1332
geniaal

brilliant, of genius

[‘dʒi:niəs]
genialiteit
1333
genialiteit
1
<begaafdheid met genie>

genius

[‘dʒi:niəs]

, brilliance

2
<blijk v. genie>

ingenuity

[ın(d)ʒə’nu:əṱi]

, brilliance,

<inf.>

wizardry

[‘wızərdri]
genie
1334
genie
<mv. -ën>

genius

[‘dʒi:niəs]
<mv. -es/genii

[‘dʒi:niaı]

>

genieten van muziek
1335
genieten van muziek

to enjoy music

genoteerd volgens de klank
1336
genoteerd volgens de klank

to sound as written

[‘rıtn]
genre
1337
genre

genre

[‘ʒɑ:nrə]
genrestuk
1338
genrestuk

genre

[‘ʒɑ:nrə]

piece

geordend naar moeilijkheidsgraad
1339
geordend naar moeilijkheidsgraad

progressive

[prə’gresıv]

, graded

gepingel
1340
gepingel
<op een piano>

strumming

geprepareerde piano
1341
geprepareerde piano

prepared piano

[prı’perd pi’ænoʊ]
gepun(c)teerd/gepunt
1342
gepun

(

c

)

teerd

/

gepunt

<BN>

dotted

gericht luisteren (naar)
1343
gericht luisteren

(

naar

)
1
<ww.>

to listen

[‘lısn]

particularly

[pər’tıkjələrli]

(to)

2
<zst.gebr.ww.>

directed listening

[də’rektıd ‘lısnıŋ]
geruis
1344
geruis

noise

[noız]
ges
1345
ges

G♭

[dʒi: flæt]
gesamtkunstwerk
1346
gesamtkunstwerk

Gesamtkunstwerk

[gə’zɑ:mtkʊnstverk]

, total/unified artwork

gescheiden
1347
gescheiden
<in de articulatie>

separated

[‘sepəreıṱəd]
gescheiden beweging
1348
gescheiden beweging
<v.e. melodie, BN>

disjunct

[dıs’dʒʌŋkt]

motion/movement

gescheiden tetrachord
1349
gescheiden tetrachord

disjunct tetrachord

[dıs’dʒʌŋkt ‘tetrəkɔ:rd]
geschoold
1350
geschoold

trained, skilled

geses
1351
geses

G♭♭

[dʒi: ‘dʌbl flæt]
gesloten klep
1352
gesloten klep
<v.e. fluit>

closed key

gesloten satz
1353
gesloten satz

closed sentence

gesloten tweedelige vorm
1354
gesloten tweedelige vorm

rounded binary

[‘baınəri]

form

gesloten vorm
1355
gesloten vorm

closed form

gesponsord (door)
1356
gesponsord

(

door

)

sponsored (by)

gestapelde tertsen
1357
gestapelde

tertsen

stacked/super(im)posed

[su:pərım’poʊzd]

thirds/3rds

gestemd
1358
gestemd
1
<alg.>

tuned

[tu:nd]
2
<in een bep. temperatuur>

tuned

3
<op een bep. toonhoogte>

pitched

gestemd in
1359
gestemd in
<toonhoogte>

pitched in

gestemd slagwerk
1360
gestemd slagwerk

pitched/tuned

[tu:nd]

percussion

gesteund (door)
gesteund (door)

<BN> sponsored (by)

gestopt
1361
gestopt
<v.e. hoorn>

stopped

getalenteerd
1362
getalenteerd

gifted, talented

[‘tælənṱəd]
getal(len)symboliek
1363
getal

(

len

)

symboliek

number symbolism

[‘sımbəlızm]
getempereerde stemming
1364
getempereerde stemming

equal temperament

[‘i:kwəl ‘temprəmənt]
getrouw aan de partituur
1365
getrouw aan de partituur

faithful to the score

getuigschrift
1366
getuigschrift

certificate

[sər’tıfıkət]
gevarieerd coupletlied
1367
gevarieerd coupletlied

modified/varied

[‘verid]

strophic

[‘stroʊfık]

song

gevarieerde se’quens
1368
gevarieerde se

‘

quens

<mv. -en>

varied sequence

[‘verid ‘si:kwəns]
gevarieerd rondo
1369
gevarieerd rondo

varied

[‘verid]

rondo

gevarieerd strofelied
1370
gevarieerd strofelied

modified/varied

[‘verid]

strophic

[‘stroʊfık]

song

gevoel voor muziek
1371
gevoel voor muziek

a feeling for music

gevoel voor ritme
1372
gevoel voor ritme

sense

[sens]

of rhythm

[‘rıðm]
gevorderde
1373
gevorderde
1
<amateur>

advanced amateur

[əd’vænst ‘æmətʃʊr]
2
<leerling>

advanced pupil

3
<student>

advanced student

[‘stju:dnt]
gewelfd
1374
gewelfd
<v.e. melodie>

curved

gewijde muziek
1375
gewijde muziek

sacred

[‘seıkrıd]

music

gewijzigd
1376
gewijzigd
<gealtereerd, BN>

altered

[‘ɔ:ltərd]
gewogen toetsen
1377
gewogen toetsen

weighed

[weıd]

keys

gewricht
1378
gewricht

joint

gezang
1379
gezang
1
<het zingen>

singing

2
<geestelijk lied>

song, hymn

[hım]
gezicht
1380
gezicht

face

gis
1381
gis

G♯

[dʒi: ʃɑ:rp]
gisis
1382
gisis

Gx

[dʒi: ‘dʌbl ʃɑ:rp]
gitaar
1383
gitaar

guitar

[gı’tɑ:r]
gitaarvoetenbankje
1384
gitaarvoetenbankje

guitar

[gı’tɑ:r]

foot stool

gitarist
1385
gitarist

guitar

[gı’tɑ:r]

player, guitarist

[gı’tɑ:rıst]
glissando
1386
glissando
<mv. -’s/glissandi>

glissando

[gli’sɑ:ndoʊ]
<mv. -s/glissandi>

,

<inf.>

gliss

gloria
1387
gloria

Gloria

[‘glɔ:riə]
glottisslag
1388
glottisslag

glottal stroke/attack/stop

goed bij stem zijn
1389
goed bij stem zijn

to be

<was/were, been>

in good voice

goede oren hebben
1390
goede oren hebben

to have

<had, had>

a good ear

goed in het gehoor liggen
1391
goed in het gehoor liggen

to be

<was/were, been>

easy on the ear

goed liggen voor
1392
goed liggen voor
<stem/instrument>

to suit

[su:t]

the … (very) well

golf
1393
golf

wave

golflengte
1394
golflengte

wavelength

golfmodel
1395
golfmodel

wave model

gotiek
1396
gotiek

Gothic

[‘gɑ:θık]
gotisch
1397
gotisch

Gothic

[‘gɑ:θık]
graad
1398
graad
1
<trap, BN>

(scale) degree, scale step,

<vb.>

first/1st degree, scale degree one/1,

<vb. symbolen in majeur>

I, ii, iii, IV, V, vi, viiº,

<vb. symbolen in mineur>

i, iiº/ii, III/III+, iv, v/V, VI/viº, VII/viiº

2
<moeilijkheidsgraad>

level, degree, grade

3
<erkend speelniveau>

grade

4
<academische graad>

academic

[ækə’demık]

degree

graduale
1399
graduale
1
<gregoriaans gezang>

gradual

2
<gregoriaans gezangenboek>

gradual

grafische partituur
1400
grafische partituur

graphic score

grammofoon
1401
grammofoon
1
<alg.>

record

[‘rekərd]

player

2
<historisch>
<AE>

phonograph

[‘foʊnəgræf]

,

<BE>

gramophone

[‘græməfəʊn]
grammofoonplaat
1402
grammofoonplaat

record

[‘rekərd]
gratis ticket
1403
gratis ticket
<BN>

free/complimentary ticket

[kɑ:mplə’menṱəri ‘tıkət]
gratis toegang
1404
gratis toegang

free admission

greep
1405
greep
1
<het vasthouden>

grip

2
<vingerzetting>

fingering

[‘fıŋgərıŋ]
greepschrift
1406
greepschrift

fingering

[‘fıŋgərıŋ]

notation

gregoriaans
1407
gregoriaans
1
<zn.>

Gregorian chant

[grı’gɔ:riən tʃænt]

, plainchant

[‘pleıntʃænt]

, plainsong

2
<bn.>

Gregorian

grepenschrift
1408
grepenschrift

fingering

[‘fıŋgərıŋ]

notation

grepentabel
1409
grepentabel

fingering

[‘fıŋgərıŋ]

chart

grijpen
1410
grijpen
<met een bep. vingerzetting>

to finger

[‘fıŋgər]
grime
1411
grime

makeup

[‘meıkʌp]
grimeur
1412
grimeur

makeup artist

[‘meıkʌp ‘ɑ:rṱəst]
groepsles
1413
groepsles

group lesson

groepsrepetitie
1414
groepsrepetitie

section/group rehearsal

[rı’hɜ:rsl]

, section(al)

grondakkoord
1415
grondakkoord
<BN>

root position triad

[‘traıæd]
grondligging
1416
grondligging

root/fundamental position

grondtoon/grondnoot
1417
grondtoon

/

grondnoot

<BN>

root, fundamental (tone)

grondtoonbeweging/grondtoonprogressie
1418
grondtoonbeweging

/

grondtoonprogressie

root movement/progression

groot
1419
groot
1
<v.e. interval/drieklank>

major, M

[‘meıdʒər]

,

<vb. grote terts>

M3

2
<majeur>

major,

<vb.>

C major

3
<v.e. stem/toon>

big, large

4
<v.e. vibrato>

wide

5
<v.e. kunstenaar/kunstwerk>

great

groot grootnoneakkoord
1420
groot grootnoneakkoord

major ninth

[naınθ]

/9(th) chord, MMM

[‘meıdʒər ‘meıdʒər ‘meıdʒər]

(chord),

<vb.>

Cmaj9

groot kleinseptimeakkoord
1421
groot kleinseptimeakkoord

major minor-seventh/7(th) chord, Mm

[‘meıdʒər ‘maınər]

(chord), dominant seventh/7(th) chord,

<vb.>

C7

groot octaaf
1422
groot octaaf
<AE>

C2 octave

[si: tu:’ɑ:ktıv]

,

<BE>

great octave,

<vb.>

C

[greıt si:]
groot orkest
1423
groot orkest

large/full orchestra

[‘ɔ:rkıstrə]
groot septimeakkoord
1424
groot septimeakkoord

major seventh/7(th) chord, MM

[‘meıdʒər ‘meıdʒər]

(chord),

<vb.>

Cmaj7

groot vibrato
1425
groot vibrato

wide vibrato

[vı’brɑ:toʊ]
groot Weens rondo
1426
groot Weens rondo

seven-part rondo

grote alla breve
1427
grote alla breve

large alla breve

[‘ɑ:lə ‘breıvi]
grote drieklank
1428
grote drieklank

major chord/triad

[‘traıæd]

,

<BE>

common chord,

<vb.>

C

grote liedvorm
1429
grote liedvorm

simple ternary

[‘tɜ:rnəri]

form

grotetertstoonladder
1430
grotetertstoonladder

major scale

grotetertstoonsoort
1431
grotetertstoonsoort

major key

grote trom
1432
grote trom

bass

[beıs]

drum

grote zaal
1433
grote zaal
<in een concertgebouw>

concert hall

grove motoriek
1434
grove motoriek

gross

[groʊs]

(loco)motor skills

grundreihe
1435
grundreihe

initial

[ı’nıʃl]

/original/prime row/series

<ev./mv.,

[‘sıri:z]

>

g-sleutel
1436
g-sleutel

G

[dʒi:]

/treble

[‘trebl]

/violin

[vaıə’lın]

clef

[klef]
guidonische hand
1437
guidonische hand

Guidonian

[gwi:’doʊniən]

hand

gulden snede
1438
gulden snede

golden section

gum
1439
gum

eraser

[ı’reısər]

,

<BE>

rubber

gymel
1440
‘gymel

gymel

[‘dʒıməl]